22 mei 2023
Het CBS maakte vorige week bekend dat de gemiddelde pensioenleeftijd van werknemers in 2022 65 jaar en 8 maanden was. Dat is 3 maanden meer dan het gemiddelde waarmee werknemers in 2021 met pensioen gingen.Interessant is dat bijna 49% voor het bereiken van de AOW-leeftijd met pensioen gaat. Dat is een stuk meer dan de bijna 43% en 40% van de jaren 2021 en 2020. Toch lijkt het erop dat de meeste mensen niet heel veel eerder met pensioen gaan dan bij het bereiken van de pensioenleeftijd, want die lag in 2021 op 66 jaar en 3 maanden. Dat scheelt dus maar 5 maanden met de gemiddelde pensioenleeftijd.Wie eerder wil stoppen met werken, kan daar beter zo vroeg mogelijk over nadenken. Eerder met pensioen gaan is een dure aangelegenheid en hoe eerder je met pensioen wilt gaan hoe duurder het wordt. We zien dat veertigers en vijftigers vaak uitspreken dat ze meer jaren van tevoren met pensioen willen gaan dan laat-vijftigers en zestigers, doordat die vaker al geconstateerd hebben dat er financieel minder mogelijkheden zijn.Drie manieren om eerder met pensioen te gaanEerder met pensioen gaan is financieel kostbaar, maar er zijn wel degelijk mogelijkheden, waarbij je wel keuzes moet maken. We bespreken een drietal mogelijkheden:Sparen en beleggenWil je eerder met pensioen gaan, dan kun je hiervoor sparen of beleggen. Hoe eerder je hiermee begint, hoe minder je per maand hoeft in te leggen.Bovendien hangt het er vanaf hoeveel risico je wilt nemen. Ga je voor sparen of beleggen. Met een langere tijd te gaan tot je pensioen kun je eerder voor beleggen kiezen, omdat je meer tijd hebt om te herstellen van een eventueel slecht jaar of slechte jaren.Stel je wilt eerder met pensioen en je hebt netto per maand € 3.000,- nodig en je wilt vier jaar eerder stoppen. Dan moet je een vermogen van € 144.000,- bij elkaar sparen of beleggen.Stel je start op je 30e en laten we voor het gemak van een gewenste pensioenleeftijd uitgaan van 63 jaar en een gelijkblijvende AOW-leeftijd van 67 jaar (NB is vanaf2028 al 67 jaar en 3 maanden). Bij een beleggingsrendement van 5% moet je dan ongeveer € 150,- per maand inleggen.Ben je 50, dan heb je een veel kortere periode om die € 144.000,- bij elkaar te beleggen. Bij een beleggingsrendement van 5% moet je dan ongeveer € 676,- per maand inleggen.Het vervelende is dat veel mensen pas echt over eerder stoppen met werken gaan nadenken als ze al ergens in de 50 zijn. Voordeel is vaak wel dat vijftigers maandelijks meer geld beschikbaar hebben om opzij te zetten, zeker als de kinderen klaar zijn met school/studie en de deur uit zijn.Ben je risicomijdend en wil je geld voor eerder stoppen bij elkaar sparen, dan moet je veel meer geld per maand inleggen. Als we bijvoorbeeld uitgaan van een defensief rendement van 2% dan moet een 30 jarige € 261 per maand inleggen in plaats van € 150,-. Terwijl de 50- jarige € 817,- per maand moet inleggen in plaats van € 676,-.Goedkoper gaan wonen of verhuizen naar een huurwoningEen andere manier om eerder met pensioen te gaan is door te verhuizen naar een goedkopere woning. Veel huishoudens hebben een grote overwaarde opgebouwd. Door kleiner te gaan wonen, heb je een kleinere of geen hypotheek meer nodig, waardoor je een minder groot bedrag hoeft te overbruggen. Je kunt ook kijken of je een deel van die overwaarde gebruikt om niet het hypotheekbedrag van te verlagen, maar om daar je overbrugging tot AOW-leeftijd van te betalen. Je hypotheekrente is dan niet meer aftrekbaar, dus je moet wel goed naar je situatie kijken wat daar precies de gevolgen van zijn.Verhuis je van een koopwoning naar een huurwoning, dan komt in één keer de overwaarde vrij, waarmee je bijvoorbeeld een paar jaar eerder stoppen met werken kunt overbruggen. Het is natuurlijk wel de vraag of dit op lange termijn ook altijd een goede oplossing is, want de woonlasten kunnen bij huur op langere termijn wel eens hoger liggen dan in de koopsituatie.Overwaarde benuttenEen derde optie is om een extra hypotheek te nemen en daar de overbrugging van te betalen. Deze optie hebben we enkele weken geleden uitgebreid beschreven in ons blog.
Blijf op de hoogte
Schrijf je nu in voor de nieuwsbrief en blijf op de hoogte van het laatste (rente)nieuws.
Lees meer
15 mei 2023
Afgelopen weken zagen we een lichte daling van de hypotheekrentes. Bijna driekwart van de geldverstrekkers voerde een rentewijziging door; waarbij 1 op de 5 voor een renteverhoging koos en 4 op de 5 de rente juist verlaagden. Het waren vooral verlagingen voor 5 en 10 jaar vast en op enige afstand gevolgd door 20 jaar vast. De wijziging betrof gemiddeld enkele honderdsten. Hoewel de kapitaalmarktrente zeker in het begin van dit jaar nog wel eens grote uitslagen naar boven of beneden liet zien, is de beweging bij de gemiddelde hypotheekrentes al veel minder, en ligt de gemiddelde hypotheekrente voor 5 en 10 jaar vast met NHG sinds december steeds tussen de 4% en 4,25%.HypotheekrenteverwachtingOnze verwachting is dat de hypotheekrentes ook de komende weken beperkt zullen bewegen, waarbij de trend voorlopig dalend is. Pas als er economisch of politiek een belangrijke wijziging plaatsvindt, komt er een substantiële verandering van de rente. Het moeilijke is dat die gebeurtenissen vaak lastig te voorspellen zijn, waarbij we sowieso een aantal sluimerende kwesties hebben. De belangrijkste is wel hoe de inflatie zich de komende tijd gaatontwikkelen. Elke keer als er nieuwe cijfers komen, en vooral als die een verrassing bevat, kan die een positieve of negatieve invloed hebben op de rentes. Andere sluimerende kwesties zijn kleine banken in de Verenigde Staten die in de financiële problemen komen en de oorlog in Oekraïne.
Blijf op de hoogte
Schrijf je nu in voor de nieuwsbrief en blijf op de hoogte van het laatste (rente)nieuws.
23 mei 2023
Blogs
Tegenwoordig kun je kiezen uit drie hypotheekvormen: een annuïteitenhypotheek, een lineaire hypotheek of een aflossingsvrije hypotheek. Over die laatste hypotheekvorm bestaan veel misverstanden. We zetten de vijf belangrijkste fabels over de aflossingsvrije hypotheek op een rij.Fabel 1. Op een aflossingsvrije hypotheek hoef je niet af te lossenHet klopt dat je tussentijds op een aflossingsvrije hypotheek niet hoeft af te lossen, maar aan het einde van de looptijd moet de hypotheek toch echt terug betaald worden aan de geldverstrekker. Voor de meeste mensen geldt overigens dat ze aan het einde van de looptijd een nieuwe hypotheek af kunnen sluiten, maar je inkomen moet dan wel voldoende zijn om de hypotheeklasten te kunnen betalen.Fabel 2. Een aflossingsvrije hypotheek is de goedkoopste hypotheekBij een aflossingsvrije hypotheek betaal je alleen maar rente en geen aflossing; je maandlasten zijn daardoor veel lager dan bij een annuïteiten- of lineaire hypotheek. Maar doordat je niet aflost, ben je uiteindelijk duurder uit. Je moet aan het einde van de looptijd de hypotheek terug betalen en te samen met de rente die je hebt betaald, is dat bedrag groter dan bij aflossende hypotheken.Fabel 3. Als ik met pensioen ga, kan ik geen aflossingsvrije hypotheek meer krijgenIn het verleden zijn er heel veel aflossingsvrije hypotheken afgesloten en toezichthouders waren bang dat veel mensen in de toekomst in de problemen zouden komen. Maar wanneer je woning voldoende waard is en je pensioeninkomen voldoende is, dan kun je ook in de toekomst gewoon een aflossingsvrije hypotheek afsluiten.Veel mensen hebben niet een volledige hypotheek en bovendien zijn de huizenprijzen gestegen. Dat komt goed uit, want de aflossingsvrije hypotheek mag maximaal 50% zijn van de waarde van de woning. Voor veel senioren gaat dit op.Verder is het van belang of je pensioeninkomen voldoende is om de hypotheeklasten te betalen. Geldverstrekkers gaan bij de beoordeling er standaard vanuit dat je een annuïteitenhypotheek hebt. Met als gevolg dat de hypotheeklasten niet altijd voor iedereen betaalbaar zijn. Gelukkig zijn er ook geldverstrekkers die van de zogenaamde werkelijke last uitgaan; en die ligt veel lager, omdat je alleen rente betaalt.Fabel 4. Aan het einde van de looptijd kan ik mijn aflossingsvrije hypotheek aflossen met mijn overwaardeBij sommige mensen leeft het idee dat ze aan het einde van de looptijd van de aflossingsvrije hypotheek, de hypotheek kunnen aflossen met de overwaarde. Maar overwaarde is slechts het verschil tussen de waarde van een woning en de hypotheek die erop rust. Heb je bijvoorbeeld een woning die € 700.000,- waard is en een aflossingsvrije hypotheek van € 300.000,-, dan heb je € 400.000,- overwaarde. Maar die overwaarde zit in de stenen en daarmee kun je niet de aflossing van je hypotheek betalen.Wel kun je de woning verkopen en met de verkoopwaarde de hypotheek aflossen. Je houdt dan € 400.000,- over, die je bijvoorbeeld kunt gebruiken voor het kopen van een andere, goedkopere woning. Een ander alternatief is dat je een nieuwe hypotheek afsluit van € 300.000,-, maar heb je bijvoorbeeld alleen een AOW inkomen dan is je inkomen niet voldoende om de hypotheeklasten te betalen.Fabel 5. Een aflossingsvrije hypotheek is altijd slechtMet een aflossingsvrije hypotheek is op zich niks mis. Het is een hypotheekvorm die passend is voor veel mensen. Je maandlasten zijn relatief laag. Belangrijk is alleen dat de hypotheeklasten ook in de toekomst betaalbaar zijn. Dus ook als de hypotheekrenteaftrek eindigt, de rente stijgt en/of je pensioeninkomen een stuk lager uitvalt dan je huidig inkomen.Het is op zich niet erg als je ook in de toekomst nog een aflossingsvrije hypotheek hebt. Vergelijk het maar eens met iemand die altijd huurt, die betaalt in de toekomst ook gewoon een bedrag aan woonlasten.Drie redenen om toch af te lossen op je aflossingsvrije hypotheekMet een aflossingsvrije hypotheek moet je oog hebben voor drie risico’s:Einde hypotheekrenteaftrekTegenvallend pensioeninkomenStijgende renteVoor veel mensen geldt dat zij nog een (gedeeltelijke) aflossingsvrije hypotheek hebben, waarvan de hypotheekrente aftrekbaar is. Als je tegenwoordig een aflossingsvrije hypotheek afsluit, dan is de hypotheekrente niet aftrekbaar. Dat geldt niet voor de rente over aflossingsvrije hypotheken die afgesloten zijn voor 1-1-2013. Die renteaftrek is wel eindig, namelijk maximaal 30 jaar. Voor een bepaalde groep betekent dit dat de renteaftrek op 1-1-2031 eindigt; voor anderen loopt de aftrek nog maximaal door tot 1-1-2043. Het is belangrijk dat je hypotheeklasten ook betaalbaar blijven in de toekomst als je geen renteaftrek hebt of een veel lagere. Voor lagere en middeninkomens geldt dat de aftrek na het bereiken van de pensioenleeftijd nog slechts ongeveer 19% is, terwijl dat bijna 37% is voor mensen jonger dan de AOW-leeftijd.50-plussers moeten ook nadenken over de betaalbaarheid van de hypotheeklasten als ze met pensioen gaan en de AOW-leeftijd bereiken. Het pensioeninkomen ligt lager dan het arbeidsinkomen en voor sommige groepen is dat substantieel veel lager. Bijvoorbeeld omdat ze geen of weinig pensioen hebben opgebouwd of een deel van het pensioen moeten delen met een ex-partner.Tot slot moet je er ook rekening mee houden dat aan het einde van de rentevaste periode de rente fors kan stijgen. Stel je hebt nu een aflossingsvrije hypotheek van € 250.000,- met een rente van 2%. Dan betaal je € 417,- bruto per maand. Maar stel dat je rentevaste periode nu bijvoorbeeld zou aflopen, dan betaal je misschien wel een rente van 4,5%, wat neerkomt op bijna € 938,- per maand.Rekening houdend met deze drie risicofactoren kan het soms toch verstandig zijn om in één keer of periodiek extra af te lossen op je aflossingsvrije hypotheek, als je daar op dit moment voldoende geld voor beschikbaar hebt. Een alternatief is om een bedrag te sparen om deze risico’s in de toekomst op te kunnen vangen. Het is dan wel van belang dat je de discipline hebt om dit geld niet aan andere zaken uit te geven.Een oriënterend gesprek met een van onze hypotheekadviseurs is altijd kosteloos en vrijblijvend. Maak gerust een afspraak met een adviseur bij jou in de buurt.Maak direct een afspraak
Lees meer
22 mei 2023
Blogs
We zijn heel goed in het uitstippelen van onze vakantie, maar het is ook belangrijk dat de reisverzekering aansluit bij onze vakantie. Want voor je het weet ben je toch niet zo goed verzekerd als je dacht en het is vervelend als je daar pas achter komt als je schade hebt.De reisverzekering is, zoals de naam al zegt, een verzekering die schade tijdens en rondom je reis af kan dekken. Kan je bijvoorbeeld niet op reis, maak je medische kosten tijdens je reis of verlies je je bagage dan kan de reisverzekering uitkomst bieden mits je de juiste dekking hebt afgesloten. De reisverzekering is veelal een modulaire verzekering waarbij je dekkingen aan of uit kan zetten. Het risico bestaat hierbij dat na het afsluiten van de reisverzekering de aard van je reis verandert en er mogelijk geen dekking is. Controleer dus altijd ruim voor vertrek of je dekking passend is. We beschrijven de verschillende dekkingen die er zijn.BasisdekkingDeze dekking is de “basis” van de reisverzekering en wordt altijd gesloten als er sprake is van een reisverzekering. Deze dekking omvat zaken als repatriëring, onverwachte extra kosten als gevolg van een verzekerde gebeurtenis en hulpverlening.BagageOp vakantie neem je natuurlijk bagage mee. Dit zijn zaken als kleding en mobiele apparatuur. Ook kunnen zaken als ski’s of duikuitrusting verzekerd zijn onder de bagage dekking. Voor deze dekking geldt een maximale vergoeding per reis of per persoon, afhankelijk van de zaken die je meeneemt kan dit bedrag worden aangepast. Wel is het belangrijk om te weten dat voor zaken zoals je mobiele telefoon een maximale vergoeding van kracht is. Daarnaast moet je goed op je spullen letten, als je bijvoorbeeld je telefoon achterlaat terwijl je gaat zwemmen is er uiteraard geen dekking.Gevaarlijke sporten/WintersportDoe je aan gevaarlijke sporten zoals duiken, skiën of bergbeklimmen dan is de kans op schade vele male groter dan wanneer je op het strand een boek leest. De verzekeraar is hier graag van op de hoogte, sterker nog de juiste module moet meeverzekerd zijn als er sprake is van een gevaarlijke of wintersport. Is dit niet het geval dan is er geen of een beperkte dekking en zal je zelf voor de kosten opdraaien. Voor een paar euro per maand verzeker je dit risico en kom je niet voor een torenhoge rekening te staan wanneer je met de helikopter van een berg bent afgehaald.AutohulpGa je met de auto op vakantie dan is het verstandig om deze dekking te overwegen. Naast de reguliere pechhulp waarbij er zorg wordt gedragen voor je auto is er in bepaalde gevallen ook dekking voor eventuele extra huur- en/of verblijfskosten. Mocht je voertuig terug naar Nederland moeten worden verplaats biedt deze module ook dekking. Dit geldt ook voor een eventueel gekoppelde caravan.Medische kostenIn Nederland is iedereen vanaf 18 jaar verplicht een zorgverzekering te hebben. De basis zorgverzekering biedt ook tijdens je reis dekking voor de eventuele medische kosten tot aan het in Nederland bepaalde bedrag. Mochten de zorgkosten hoger uitvallen dan biedt de module medische kosten op de reisverzekering uitkomst en zal de reisverzekeraar de extra kosten vergoeden. Een aanvullende zorgverzekering kan daarbij ook nog dekking bieden. Een goed voorbeeld van hoge kosten is een reis naar Amerika, de zorgkosten in Amerika kunnen torenhoog uitvallen en het verzekeren hiervan is dan ook zeer aan te raden. Wel kan het zijn dat in de voorwaarden Amerika is uitgesloten van dekking, controleer dat altijd goed wanneer je een dergelijke reis maakt.OngevallenMocht iemand van het reisgezelschap komen te overlijden of blijvend invalide raken dan keert de ongevallendekking een bedrag uit. Dit is een vooraf vastgesteld bedrag waarvan bij invaliditeit een percentage tot 100% uitgekeerd wordt. Een dergelijke uitkering dekt veelal niet de werkelijke schade maar kan bijna letterlijk worden gezien als een doekje tegen het bloeden.Reisgebied en gezinssamenstellingTwee andere zaken die invloed hebben op de gehele polis zijn het reisgebied en de gezinssamenstelling. De gezinssamenstelling heeft betrekking op het aantal personen. Bij gezinsuitbreiding of het uit huis gaan van kinderen zal deze moeten worden aangepast om te zorgen voor de passende dekking. Daarnaast is belangrijk het reisgebied te bepalen, hierin zijn er 2 opties. Dit zijn Europa- of werelddekking. Ga je buiten Europa op vakantie dan zal de werelddekking verzekerd moet zijn, mocht dit niet het geval zijn en je bent wel buiten Europa op reis dan heeft dit invloed op de dekking en de uitkering. Wat opvalt is dat men, soms, ten onrechte aanneemt dat de Nederlandse Antillen onder de Europadekking vallen, voor dekking moet echter de werelddekking zijn afgesloten. Een reis buiten Europa is vaak ook duurder dan een Europese vakantie. Dat betekent dat je ook goed moet kijken of het verzekerd bedrag hoog genoeg is.Aandachtspunt: gaat je kind op stage in het buitenland, dan wordt dat niet door alle reisverzekeringen als een reis gezien. Kijk daarvoor goed naar de voorwaarden, onder andere naar de duur van de stage en de maximale reisduur in de verzekering.AnnuleringEen laatste, eigenlijk losse verzekering maar vaak i.c.m. de reisverzekering afgesloten, dekking is de annuleringsverzekering. In bepaalde gevallen die in de polisvoorwaarden worden genoemd kan de reis worden geannuleerd en zal de verzekeraar zorg dragen voor de kosten. Het verzekerd bedrag (per persoon of per reis) en de gekozen dekking bepalen of en zo ja hoe hoog de vergoeding zal zijn. Daarnaast kan er een vergoeding voor niet genoten reisdagen plaatsvinden op het moment wanneer je de reis moet afbreken. Let wel op dat bij sommige verzekeraars de annuleringsdekking binnen een bepaalde periode van het boeken van de reis moet zijn afgesloten.In onze praktijk zien we als meest voorkomende claim bij een reisverzekering dat klanten gebruik maken van de annuleringsdekking als gevolg van ziekte of overlijden van een naaste. De kans lijkt en is misschien klein maar het economisch belang is vaak groot. Reizen wordt steeds duurder waardoor het steeds verstandiger wordt de dekking toch mee te verzekeren.Wanneer doorlopende reisverzekering?Reis je meer dan eenmaal per jaar, dan is veelal een doorlopende reisverzekering voordeliger dan telkens een kortlopende verzekering afsluiten. Met deze laatste verzekering verzeker je enkel een specifieke reis waarbij de doorlopende verzekering altijd dekking (binnen de afgesloten voorwaarden) biedt. Grote voordeel is ook dat je niet kan vergeten je te verzekeren, wel is het zaak om goed de afgesloten dekkingen te checken.ActieZoals je kan lezen zijn er veel variabelen met betrekking tot de reisverzekering. De reizen die je maakt kunnen sterk wisselen dus het is belangrijk om vooraf de polis goed te controleren en indien nodig tijdig aan te passen, zo voorkom je dat je naast ziekte, een ongeval of andere pech ook nog voor extra kosten komt te staan.Maak een afspraak
Lees meer
01 mei 2023
Deze week vindt er weer een rentebesluit plaats bij zowel de Fed, de centrale bank van de Verenigde Staten, als bij de Europese Centrale Bank (ECB). De verwachting is dat de Fed aanstaande woensdag haar belangrijkste rente voor een laatste keer dit jaar met 0,25% gaat verhogen. De meeste economen verwachten dat ook de ECB haar rente met 0,25% gaat verhogen, al zijn er ook een paar economen die rekenen op een verhoging van 0,5%. Kijken we naar de ontwikkeling van de geldmarktrente in de afgelopen zeven weken dan verwacht een meerderheid van de beleggers een stijging van 0,25%.De kans is erg groot dat het niet de laatste renteverhoging van de ECB zal zijn dit jaar. De verwachting is dat de ECB ook in juni haar rente met 0,25% zal verhogen. De ECB heeft aangegeven dat de kerninflatie in de eurozone nog steeds veel te hoog is. Pas als de inflatie serieus verder naar beneden gaat, zal een einde aan de renteverhogingen in zicht komen. Al lijkt de kleinere renteverhoging van 0,25% in plaats van 0,5%, er wel op te duiden dat we steeds meer in de goede richting gaan. Daarbij speelt ook mee dat de ECB op een dun koord balanceert, want de ECB wil ook voorkomen dat de eurozone door een te hoge rente in een diepe recessie komt.Variabele hypotheekrente volgt verwachting geldmarktrenteAls we in de tijd terugkijken, dan zien we dat de geldmarktrente stijgt en vooruitloopt op de verwachte renteverhoging van de ECB. De geldverstrekkers verhogen hun variabele hypotheekrente in het verlengde van die hogere geldmarktrente. Zie de grafiek hieronder.Dat betekent dat als beleggers verwachten dat in juni de ECB haar rente opnieuw met 0,25% gaat verhogen, de geldmarktrente en de gemiddelde variabele hypotheekrente de komende weken licht verder door zullen stijgen met ongeveer 0,2% à 0,25%.Geen één op één relatie ECB en vaste hypotheekrentesEen renteverhoging van de ECB kan invloed hebben op de vaste hypotheekrentes, maar dat is zeker geen één op één relatie. Op 15 december 2022 verhoogde bijvoorbeeld de ECB haar rente met 0,5% en ze deed dat vervolgens nog twee keer in 2023. In totaal verhoogde de ECB haar rente tussen half december en nu dus met 1,5%. De gemiddelde hypotheekrente 10 jaar vast stond half december 2022 op bijna 4,1% en nu op bijna 4,2%. Dat is slechts een stijging van 0,1%.Voor de ontwikkeling van de vaste hypotheekrentes is de invloed van de kapitaalmarktrentes veel belangrijker. Beleggers kijken daarbij heel erg naar de inflatieverwachting. Zo zagen we in 2022 de inflatieverwachtingen hard oplopen, waardoor ook de marktrentes en vervolgens ook de vaste hypotheekrentes hard opliepen. Dat de marktrentes nu slechts heel beperkt oplopen, geeft aan dat beleggers verwachten dat de inflatie redelijk beteugeld is. Een renteverhoging van de ECB aanstaande woensdag van 0,25% en een verdere renteverhoging van 0,25% in juni is al verwerkt in de verwachtingen van beleggers en daarmee in de marktrentes. Alleen als beleggers verrast worden door hogere of juist lagere dan verwachte inflatiecijfers zullen de lange vaste marktrentes meer gaan bewegen. Daarbij kan vooral de toelichting die de ECB geeft op haar rentebesluit een rol spelen, omdat zij daarin waarschijnlijk aangeeft hoe de ECB verwacht dat de inflatie zich de komende maanden zal ontwikkelen.Gemiddelde variabele hypotheekrente stijgt ook boven 20 jaar vaste renteDe gemiddelde hypotheekrentes stegen afgelopen week licht. De gemiddelde variabele hypotheekrente met en zonder NHG ligt inmiddels boven de gemiddelde 20 jaar vaste hypotheekrente met en zonder NHG.Ongeveer de helft van de geldverstrekkers verhoogden afgelopen week hun vaste hypotheekrentes. De laatste twee weken zien we een licht stijgende trend bij de vaste hypotheekrentes. Zoals in onderstaande grafiek is te zien, is de stijging van de gemiddelde variabele hypotheekrente groter.
Blijf op de hoogte
Schrijf je nu in voor de nieuwsbrief en blijf op de hoogte van het laatste (rente)nieuws.
Lees meer
24 april 2023
Nieuws
Afgelopen week voerden ongeveer de helft van de geldverstrekkers een hypotheekrente wijziging door voor de populairste renteperiode van 10 jaar vast. In 1 op de 7 gevallen ging het om een renteverlaging, de meerderheid verhoogde dus. In de meeste gevallen ging het om bescheiden verhogingen, een enkele uitzondering daargelaten. De kans is groot dat de licht stijgende trend van deze week ook de komende week aanhoudt.Het is relatief rustig op de kapitaalmarkt, omdat er weinig nieuwe informatie is over de inflatieontwikkeling en bestuurders van centrale banken weinig melden. De eerstvolgende vergadering van de ECB is op 4 mei en de vraag is dan vooral of de ECB haar rente met 0,25% of met 0,5% gaat verhogen.
Blijf op de hoogte
Schrijf je nu in voor de nieuwsbrief en blijf op de hoogte van het laatste (rente)nieuws.
Lees meer
18 april 2023
Nieuws
Afgelopen week daalde de gemiddelde vaste hypotheekrente voor 10 jaar vast met NHG naar net iets boven de 4,1%. Een torenhoge rente als je dat vergelijkt met de afgelopen jaren, toen we op het dieptepunt zelfs even de 1% aantikten. Maar precies tien jaar geleden stond deze 10 jaar vaste rente op 4,4%. In de jaren voor 2013 was de gemiddelde 10 jaar vaste hypotheekrente alleen voor een korte periode lager in het jaar 2005. De gemiddelde 20 jaar vaste hypotheekrente met NHG stond in 2013 op 5,2% tegenover 4,27% nu. Wanneer je de hypotheekrente over een langere periode bekijkt, is de huidige rente dus eigenlijk helemaal niet zo hoog.Wat hebben we aan de voorspellingen van economen over de rente?Afgelopen week kwam er vanuit het Internationaal Monetair Fonds (IMF) een bijzondere voorspelling: als het lukt om de inflatie terug te brengen, dan dalen de rentes over een paar jaar weer tot een niveau van voor corona. Het IMF plaatst daar wel een boel kanttekeningen bij en ze adviseren eerst dat centrale banken de rente nog verder verhogen om de inflatie te beteugelen.De vraag is of we iets hebben aan de uitspraak van het IMF voor de middellange termijn en het antwoord is eigenlijk ‘nee’. Vraag verschillende economen wat de rente gaat doen en je krijgt allemaal verschillende meningen wat de rente op de korte en middellange termijn gaat doen. Want het enige wat economen met zekerheid kunnen doen, is terugkijken en op basis daarvan een voorspelling doen.Een belangrijke ontwikkeling die de afgelopen decennia voor een dalende trend van de rente heeft gezorgd is de vergrijzing. Daardoor is er veel geld beschikbaar, en als het aanbod van geld groter is dan de vraag dan dalen de rentes. Die lange termijn trend van vergrijzing zal de komende decennia doorzetten, waardoor het in beginsel logisch is om een laag renteniveau te verwachten. Daarbij moeten we wel bedenken dat in het afgelopen decennium de rentestand wel erg beïnvloed is door centrale banken. De vraag is of centrale banken terugkijkend tevreden zijn met wat er door hun enorm stimulerende beleid veroorzaakt is: een nog veel grotere schuldenberg en hoge inflatie.Het probleem van voorspellen is vooral ook dat de praktijk altijd veel weerbarstiger is. Daarvan hebben we genoeg recente voorbeelden gehad. Door de bankencrisis die startte in 2008 stegen de rentes, omdat er geen vertrouwen meer was in de banken. De eurocrisis in 2011, waarbij landen dreigden te bezwijken onder hun staatsschuld, moest door president Draghi van de ECB bezworen worden met de woorden: ‘Whatever it takes’. Daarmee gaf hij aan dat de ECB alles zou doen om het faillissement van landen te voorkomen en de rentes gingen fors omlaag. Ook niemand kon voorzien dat een coronavirus de wereld lam zou leggen of dat Rusland Oekraïne de oorlog zou verklaren, of dat ……… En die laatste puntjes kunnen we alleen in de toekomst invullen.Einde rentevaste periodeWie aan het einde van de rentevaste periode zit, heeft dan ook een lastige beslissing te maken. Ga ik voor een korte rentevaste periode of zelfs een variabele rente, omdat de hypotheekrentes over een paar jaar misschien wel weer een stuk lager staan? Of kies ik toch voor een langere rentevaste periode van 10 of misschien wel 20 jaar? Want ik wil of kan mij geen hogere maandlasten veroorloven.Voor de hoogte van de maandlasten maakt een keuze tussen kort of lang vast niet heel veel uit, omdat de hypotheekrentes op dit moment heel dicht bij elkaar liggen. Het verschilt per geldverstrekker of de korte rente iets hoger is dan de lange rente of net omgekeerd. Zoals we vorige week in ons nieuwsitem toelichtten. De belangrijkste afweging die je daarom moet maken is hoe lang je zekerheid en duidelijkheid wilt hebben over je maandlasten. En als je gaat voor een korte rentevaste periode, omdat je verwacht dat de rente over een paar jaar wel eens lager kan staan, dat je dan wel de lasten ook kunt betalen als de rente een stuk hoger staat als verwacht.Het helpt daarbij om een scenario berekening te maken. Stel je kiest voor een korte rentevaste periode van bijvoorbeeld 2 jaar vast, wat worden mijn maandlasten als de hypotheekrente over 2 jaar 2% hoger staat, maar ook wat als de rente 2% lager staat? Bedenk je tot slot dat het er niet alleen omgaat dat je de maandlasten kunt betalen, maar dat je bij een korte rentevaste periode ook tegen de onzekerheid moet kunnen dat de rente aan het einde van die korte rentevaste periode hoger kan staan.Gemiddelde hypotheekrenteontwikkeling
Blijf op de hoogte
Schrijf je nu in voor de nieuwsbrief en blijf op de hoogte van het laatste (rente)nieuws.
Lees meer
17 april 2023
Nieuws
13 april 2023 – Minister de Jonge noemde ze als voorbeeld: de leraar, agent en verpleegkundige moeten weer een woning kunnen kopen. Daarvoor heeft hij ambitieuze bouwplannen in de vorm van betaalbare nieuwbouw voor starters. Het kabinet hanteert hierbij het bedrag van € 355.000. Maar deze vitale beroepen kunnen dit bedrag als alleenstaande helemaal niet lenen, blijkt uit onderzoek van Independer en Van Bruggen Adviesgroep. De ambitieuze plannen vragen een stap van de gemeenten.Marga Lankreijer van Independer ziet op hun hypotheekplatform dat de gemiddelde jonge alleenstaande op basis van hun inkomen maximaal € 199.000,- (jonger dan 25 jaar) à € 237.000,- (tussen de 25 en 35 jaar) kunnen lenen. “Maar een jonge leraar, politieagent en verpleegkundige verdient veelal ergens tussen de € 3.000,- en € 3.500,- en dan kun je als alleenstaande ongeveer tussen de € 165.000,- en € 192.000,- lenen”, vertelt Lankreijer. “Zelfs met een forse schenking vanuit ouders valt er dan in veel steden uit weinig woningen te kiezen. Dat blijft dus ook gelden als het kabinet erin slaagt om nieuwbouwwoningen rond de € 355.000,- te realiseren”, legt Lankreijer uit.Hypotheekexpert Oscar Noorlag van Van Bruggen Adviesgroep onderschrijft de bevindingen van Independer. “Wij zien heel weinig jonge alleenstaande leraren, politieagenten en verpleegkundigen langskomen in onze winkels”, vertelt Noorlag. Als ze wél voor een advies komen dan blijkt dat ze in de meerderheid van de gevallen onvoldoende hypotheek kunnen krijgen.”Lankreijer: “Daarnaast zit een studieschuld ook vaak flink in de weg bij starters. Twintig procent van de alleenstaanden tussen de 25 en 35 jaar die een maximale hypotheek berekenen, heeft een studieschuld. Gemiddeld gaat het om 27.000 euro.” De maximale hypotheek van een alleenstaande met een vitaal beroep en een studieschuld van 27.000euro kan 43.000 euro lager uitvallen.Alleenstaande kan niet zonder partner of schenkingHoewel minister De Jonge laatst tijdens een starters demonstratie als grap zei dat een alleenstaande starter aan een partner kon denken; zien we in de praktijk dat dit voor middeninkomens inderdaad bijna de enige manier is om een eerste woning te kunnen kopen. “Jonge stellen, zeker vanaf 25 jaar, verdienen gezamenlijk voldoende om een hypotheek van rond de € 355.000,- te kunnen lenen. In combinatie met spaargeld zijn voor hen vaak wel interessante koopwoningen binnen bereik”, legt Noorlag uit.Noorlag: “Alleenstaande starters tot 35 jaar die wel een woning kunnen kopen, verdienen gemiddeld een behoorlijk hoog inkomen van ruim € 4.800,- per maand (€ 62.527,- op jaarbasis). In veel gevallen beschikken ze ook nog eens over veel spaargeld, al dan niet via een schenking van de ouders. Al zien we de schenking van een jubelton in 2023 wel een stuk minder dan vorig jaar.”Grondprijs verlagenNaast de al bestaande starterslening die in sommige gemeenten geldt, is er niet direct een oplossing in de financiële sfeer bij starters. Lankreijer en Noorlag doen wel een andere suggestie: “Als gemeenten ook aantrekkelijk willen blijven voor vitale beroepen en andere starters met een middeninkomen, dan is het belangrijk om in te zetten op een lagere koopsom voor nieuwbouw voor éénpersoonshuishoudens. Bijvoorbeeld door iets meer water bij de wijn te doen als het gaat om de grondprijs die ze willen ontvangen.”Niet alle starters kansloosHoewel sommige starters het dus lastig hebben op de koopwoningmarkt, zijn starters op dit moment wel dominanter dan doorstromers. Er zijn namelijk meer hypotheekaanvragen door starters (53%) dan door doorstromers (47%). “Op zich best wel bijzonder”, stelt Noorlag, omdat starters, meer dan doorstromers, last hebben van de sinds vorig jaar fors gestegen hypotheekrente. “Doorstromers kunnen namelijk hun oude lage hypotheekrente meenemen naar een volgende woning en betalen alleen over het deel dat ze extra lenen de huidige hogere rente. Dat we toch meer starters zien, komt doordat sommige starters hun kans schoon zien om nú een woning te kunnen kopen, vanwege de licht dalende huizenprijzen. Maar dan moet je dus wel een hoog inkomen hebben, een goed verdienende partner of veel spaargeld.”Van Bruggen AdviesgroepAls landelijke organisatie met onafhankelijke, financieel adviseurs heeft Van Bruggen Adviesgroep een duidelijk hoofddoel: dé meest klantvriendelijke dienstverlener van Nederland worden én bij alle life-events altijd het verschil kunnen maken voor de klant. Naast financieel advies biedt zij ook makelaarsdiensten, zodat de klant op één adres terecht kan voor alle zaken rond de koop of verkoop van een huis, maar nu dus ook het verkopen én tegelijkertijd terughuren van de ‘eigen’ woning.IndependerIndepender is het grootste digitale vergelijkings- en adviesplatform van Nederland voor verzekeringen, bancaire producten, hypotheken en energie. Het maakt kleine en grote financiële beslissingen inzichtelijk en begrijpelijk, zodat consumenten in staat worden gesteld om zelf te kiezen. De website wordt 20 miljoen keer per jaar bezocht en er worden jaarlijks zo’n 6 miljoen vergelijkingen gedaan. Het bedrijf zetelt in Hilversum en heeft ruim 350 medewerkers.
Blijf op de hoogte
Schrijf je nu in voor de nieuwsbrief en blijf op de hoogte van het laatste (rente)nieuws.
Lees meer